Veertigdagentijd
Ga hier naar de live dienstVeertigdagentijd op weg naar Pasen
Het leven kan soms lijken op een wildernis waarin we ons maar met moeite staande kunnen houden, en waarin we soms nauwelijks een weg kunnen vinden.
De wereld kan zo snel woest en ledig worden, een wildernis. Een wildernis, omdat we ons onmenselijk gedragen. Een wildernis, omdat onze wereld, die wij normaal gesproken beschaafd en ontwikkeld noemen, kan ontaarden in een woest strijdtoneel waarin alleen het recht van de sterkste nog geldt. Als een mens niet meer in liefde voor een ander leeft, blijft er alleen wildernis over…
Aan het begin van het evangelie van Marcus lezen we: “luid klinkt een stem in de wildernis”. Een stem die roept: “het kan ook anders!” Een stem die een mens tot leven roept. Een stem die roept: “dit is niet hoe God de mens bedoeld heeft!” Een stem die roept: “dit is niet de weg van de HEER!’
Gelukkig maar, dat er mensen zijn (zoals in dit geval Johannes de Doper) die luid roepen dat het anders kan. Gelukkig maar, dat er mensen zijn die dat niet alleen maar roepen, maar het ook in hun leven laten zien. Gelukkig maar dat er mensen zijn die oprecht, onzelfzuchtig voor de ander leven. Gelukkig maar dat er steeds weer mensen in deze wereld opstaan die getuigen van deze Stem. Deze wereld zou een wildernis blijven zijn zonder zulke mensen…
Het verhaal van de evangelist Marcus gaat verder. Hij verteld over een mens die kwam, Jezus, die in onze menselijke wildernis namens God iets nieuws kwam doen: “De Geest dreef hem de wildernis in. Veertig dagen bleef hij in de woestijn, waar hij door Satan op de proef werd gesteld. Hij leefde er te midden van de wilde dieren, en engelen zorgden voor hem.”
In de wildernis houdt Jezus het uit, en in zijn leven symboliseert Hij een weg uit de wildernis. Ook in onze wildernis wil Jezus Christus komen. En Hij blijft bij ons, hij houdt het met ons uit, 40 dagen, 40 jaren, ons hele leven.